Het RVO (Rijksdienst voor Ondernemend Nederland) organiseert een innovatiemissie naar Japan van 10 tot en met 14 oktober 2022. Ben jij actief op het gebied van fotonica, quantum en/of nanotechnologie? En wil je de kansen en ontwikkelingen van deze drie sleuteltechnologien in Japan ontdekken? Lees dan meer over de innovatiemissie naar Japan!

Quantumtechnologie, nanotechnologie en fotonica (geïntegreerde fotonica, optica) zijn belangrijke sleuteltechnologieën in zowel Nederland als Japan. Beide landen investeren sterk in de verdere ontwikkeling van deze technologieën (plus actief overheidsbeleid en roadmaps) om een bijdrage te leveren aan het oplossen van allerlei maatschappelijke uitdagingen. Denk aan veiligheid, duurzaamheid, economie en life science.

Voor wie?

Deze innovatiemissie is interessant voor professionals van Nederlandse overheden, industrieën en kennisinstellingen. De missie richt zich op professionals die werken op het snijvlak van fotonica, quantum- en nanotechnologie.

Doelen

Tijdens het bezoek aan Japan zijn de doelen:

  • het verkennen en vinden van potentiële partners voor gezamenlijk onderzoek, ontwikkeling en commercialisatie van technologisch innovaties op het gebied van fotonica, quantum- en nanotechnologie;
  • het intensiveren van de bilaterale samenwerking tussen overheid, bedrijfsleven en kennisinstellingen;
  • het ontwikkelen van bilaterale regelingen en programma’s ter ondersteuning van de bilaterale samenwerking; en
  • het positioneren van Nederland in EU programma’s via relaties met Japan.

Ben je geinteresseerd? Bekijk de website van het RVO voor het hele programma, meer informatie over de informatieseesie op 15 juni aanstaande in Den Haag, kosten en registratie (voor 28 juni 2022).

Op donderdag 14 april heeft de Nederlandse regering de projecten bekend gemaakt die zijn goedgekeurd voor het Nationaal Groeifonds in 2022. Daarnaast is NanoLabNL goedgekeurd voor de tweede tranche van het QuantumDeltaNL Dutch Growth Fund voor het onderhouden en ontwikkelen van de Nederlandse nationale infrastructuur in nanotechnologie.

Van de gehonoreerde projecten maken vooral NXTGEN HIGHTECH en PhotonDelta gebruik van de vele voordelen die nanotechnologie biedt. NXTGEN HIGHTECH kreeg € 450 miljoen en PhotonDelta kreeg € 471 miljoen. Naast QuantumDeltaNL zullen deze projecten profiteren van de bestaande cleanroom infrastructuur van NanoLabNL.

NXTGEN HIGHTECH

Het NXTGEN HIGHTECH programma is gericht op de ontwikkeling van een nieuwe generatie high-tech apparatuur. Dit programma zal een belangrijke bijdrage leveren aan het concurrentievermogen, de verdiencapaciteit en de werkgelegenheid van Nederland. Het zal helpen bij het aanpakken van enkele van de grotere maatschappelijke uitdagingen die voor ons liggen (Gezondheid, Energie, duurzaamheid, etc.).

PhotonDelta

PhotonDelta is een internationaal ecosysteem van organisaties in geïntegreerde fotonica. PhotonDelta wil fotonische technologie ontwikkelen om maatschappelijke uitdagingen zoals duurzaamheid aan te pakken, een nieuwe Europese industrie te creëren en de deur te openen naar een enorm scala aan nieuwe toepassingen, waaronder quantum computing. Het kapitaal van het Nederlandse nationale groeifonds en andere organisaties zal worden gebruikt om start-ups op te richten, de productie op te schalen, nieuwe toepassingen voor fotonische chips te creëren en infrastructuur en talent te ontwikkelen.

Extra middelen om ecosysteem in stand te houden

Op dezelfde dag zijn extra fondsen in QuantumDeltaNL beschikbaar voor Nano4Society en MinacNed om nanotechnologie binnen het ecosysteem in te zetten voor het ontwikkelen van oplossingen voor grote maatschappelijke transities en het creëren van maatschappelijke impact. De activiteiten zullen bijdragen aan het doel van MinacNed om economie gebaseerd op microsystemen en nanotechnologie te versterken.

Tot en met 4 november 2021 is het mogelijk om voorstellen in te dienen voor internationale R&D-samenwerkingsprojecten, gericht op innovatieve oplossingen rondom het transport van waterstof. De beste projectvoorstellen worden gehonoreerd met subsidies tot 500.000 euro. Lees hier meer.

Waterstof vraagt om nieuwe innovaties

Waterstof biedt grote kansen voor de toekomst. Maar het benutten van die kansen vraagt om veel onderzoek. Bijvoorbeeld: hoe kunnen gas-netwerken geschikt worden gemaakt voor het transport van waterstof? En hoe zit het met de efficiency (en de risico’s) bij opslag en transport? Andere vragen hebben betrekking op bijvoorbeeld materiaal-eisen, op ‘slimme’ aanpassingen aan de infrastructuur (monitoring, controle, sensoren, smart meters), of uitdagingen rondom het integreren van ‘vaste’ infrastructuur met mobiele transportvormen (per schip, over de weg).

Dit zijn allemaal onderwerpen die voorkomen in een recente subsidie-call van het Eureka-programma: ‘Green Hydrogen – European Infrastructure for transporting hydrogen’. In deze call worden partijen opgeroepen om voorstellen in te dienen voor internationale samenwerkingsprojecten rondom R&D en innovatieve oplossingen waarbij groene waterstof een centrale rol speelt.

Europese call voor waterstof-infrastructuur

In de call ligt veel nadruk op innovatieve oplossingen voor het transport van waterstof. Het gaat daarbij om onder meer:

  • analyses van verschillende transportopties (bijvoorbeeld direct transport versus LOHC, versus waterstofdragende stoffen) of van potentiële invoerroutes voor waterstof van overzee;
  • het combineren van netwerken voor elektriciteit, gas en verwarming (en de integratie van waterstof daarin);
  • internationale certificeringsopties voor waterstof en waterstofderivaten;
  • overgangsontwerp van gas naar geïntegreerde energienetwerken voor Europa;
  • R&D gericht op 100% hernieuwbare (groene) waterstof geïntegreerd in verschillende consumptiesectoren, waarmee het gebruik van fossiele grondstoffen fors verlaagd kan worden.

Daarnaast biedt de call ook ruimte voor andere waterstof-gerelateerde innovaties, bijvoorbeeld in thema’s als:

  • batterijen en brandstofcellen (en de bijbehorende productieprocessen);
  • proefinstallaties voor H2-opwekking en -opslag uit hernieuwbare bronnen (wind, zon);
  • nieuwe apparaten/systemen voor controle, regeling en distributie van waterstof (en daarmee verband houdende processen, met inbegrip van nieuwe materialen en sensoren);
  • verbeterde infrastructuren voor waterstofproductie, -gebruik en -uitbreiding (engineering, simulaties, constructie, logistiek);
  • nieuwe processen waarbij waterstof wordt gebruikt op industrieniveau (met name zware industrieën die van oudsher olie en gas gebruiken, zoals chemie, cement, scheepvaart).

Deadlines, doelgroep en subsidiebedragen

Het insturen van projectvoorstellen voor de Waterstof-call is nog mogelijk tot 5 november 2021. Dit is alléén mogelijk voor partijen uit de volgende acht landen: Nederland, België (Vlaanderen), Canada, Duitsland, Finland, Ierland, Portugal en Spanje.

Het beoogde project moet in ieder geval:

  • bestaan uit werkzaamheden gericht op de bovenstaande onderwerpen en thema’s;
  • worden uitgevoerd door een internationaal samenwerkingsverband (bestaande uit minimaal 2 samenwerkende partners uit de bovengenoemde landen);
  • worden gekenmerkt door een evenwichtige inbreng van de partners (hiervoor geldt een ratio van maximaal 70% – 30%);
  • een duur hebben van maximaal 36 maanden en van start gaan vanaf 15 mei 2022.

Projecten die in Brussel positief worden beoordeeld, kunnen vervolgens een subsidieaanvraag indienen (op nationaal niveau). Die tweede fase loopt voor Nederlandse partijen van 15 november 2021 tot en met 18 januari 2022. Zij kunnen een nationale Eureka subsidie aanvragen tot 500.000 euro. Het beschikbare budget voor Nederlandse projectpartners bedraagt in totaal 2 miljoen euro. Voor partijen buiten Nederland gelden afwijkende bedragen en termijnen.

Bron: EGEN nieuws

Lees meer over deze call op de pagina van de EUREKA Call bij RVO.

Invest-NL neemt voor € 5 miljoen deel in een investeringsronde van € 10 miljoen voor Delft IMP. De andere investeerder is het Noorse Sandwater.

De financiële injectie zal worden gebruikt om de nanocoating technologie van Delft IMP verder op te schalen. Hierdoor worden duurzamere batterijen en andere duurzame toepassingen mogelijk.

Delft IMP (“Intensified Material Production”) is een spin-off van de TU Delft en heeft unieke expertise in het ontwikkelen van ultradunne coatings op poeders en beschikt over gepatenteerde technologie om deze materialen op schaal te produceren. De ultradunne nanocoatings beschermen de materiaalpoeders in de batterij en verbeteren zo de levensduur.

Met deze applicatietechnologie is Delft IMP in staat om het proces te beheersen om de filmdikte te optimaliseren en het gebruik van schaarse grondstoffen, zoals kobalt, te verminderen. Duurzaam gebruik van grondstoffen is hun handelsmerk, omdat de technologie die men toepast op poeders een veel breder scala aan toepassingen heeft. Ze zijn bijvoorbeeld ook een belangrijke speler in de ontwikkeling van innovatieve elektrolysers en brandstofcellentechnologieën.

CEO Dr. Roderik Colen: ”Met deze investering kunnen we bijdragen aan het verminderen van het gebruik van schaarse grondstoffen. We brengen ultradunne coatings aan op poedermateriaal en maken productie op schaal mogelijk met een unieke technologie afkomstig van de TU Delft.”

“Invest-NL investeert in bedrijven die Nederland duurzamer en innovatiever maken,” aldus Wouter van Westenbrugge, Senior Investment Manager bij Invest-NL, “De vooruitstrevende applicatietechnologie van Delft IMP kan de energietransitie aanzienlijk versnellen en levert daarnaast een forse verlaging op van de CO2 uitstoot bij de productie van batterijen.”

Bron: Invest-NL nieuws

MASER Engineering, het technologisch toonaangevende testcentrum voor storingen en betrouwbaarheid in Europa, en Eurofins Scientific, een internationale, gerenommeerde laboratoriumgroep, zijn een overeenkomst aangegaan overeenkomst waarbij Eurofins Scientific de aandelen van MASER Engineering BV zal verwerven. Het huidige uitvoerend management zal ook deelnemen via een minderheidsbelang.

MASER en Eurofins delen een vergelijkbare filosofie en vullen elkaar perfect aan. Samen hebben de twee bedrijven grote ambities om de Europese markt specifiek te laten groeien in
de halfgeleider- en elektronische systeemindustrie. De nieuwe eigenaar zal MASER ook extra kansen bieden op de internationale markt, met name binnen de Bedrijfslijn Eurofins Materials & Engineering Sciences.

“We zijn erg blij dat er een sterke partner is gevonden die technisch innovatief, duurzaam en groeigericht is”, leggen Hans Kemper en Kees Revenberg, oprichters en voormalige eigenaren van MASER Engineering. De Nederlandse activiteiten van MASER blijven bestaan ​​om klanten de beste service te blijven bieden. MASER’s handelsmerken van flexibiliteit, leverbetrouwbaarheid en consistent reageren op de behoeften van de klant zullen verder worden versterkt. De bestaande klant- en leveranciersrelaties worden gecontinueerd en geïntensiveerd.

Thijs Kempers, CEO van MASER, zal zorgen voor een vlotte voortzetting van MASER na de overname en zal zijn rol als CEO voortzetten. “Ik zet me in om continuïteit te creëren voor zowel onze klanten als onze medewerkers en om positieve ontwikkelingsmogelijkheden te creëren voor de medewerkers van MASER. Onze uitbreidingsplannen zijn in uitvoering en ik ben erg
vol vertrouwen in de toekomst van MASER.”

Over MASER Engineering BV

MASER Engineering is in 1993 opgericht in Enschede en is een geaccrediteerd onafhankelijk engineering testcentrum met een breed en diepgaand dienstenpakket. Het bedrijf is een leider op het gebied van betrouwbaarheidstesten en storingsanalyse. Het hoofdkantoor is gevestigd op de ‘Kenniscampus Twente’ (kennispark Twente) in Enschede met in totaal 56 medewerkers.

Over Eurofins Scientific

Met een jaaromzet van meer dan 5 miljard euro, 55.000 medewerkers en een netwerk van meer dan 900 onafhankelijke bedrijven in 50 landen, is Eurofins Scientific een toonaangevende internationale laboratoriumgroep, met een uniek scala aan analytische en servicemogelijkheden voor de farmaceutische, voedings-, milieu- en consumptiegoederenindustrie. Als geaccrediteerd en
internationaal erkend netwerk van testlaboratoria, voert Eurofins onafhankelijke testen uit van technische apparatuur en componenten. Het biedt ook conformiteitsbeoordelingsoplossingen voor:
nationale, Europese en internationale markttoegang.

Lees meer over MASER Engineering

Bron: persbericht MASER Engineering

In 2021 en 2022 organiseert MinacNed pre-events in de aanloop naar de international MicroNanoConference 2022. De symposia zijn live events in Nederland, met een interessant programma met sprekers uit de industrie en wetenschap, met gelegenheid tot netwerken.

De Nano4Society-thema’s komen uit de internationale MicroNanoConference. Het team van MinacNed heeft als doel zowel (deep) tech events te organiseren als ook meer hoog in het vaandel te hebben bij thema’s als IP, HR en symposia over consortia en samenwerking. MinacNed leden zijn welkom om ideeën te delen met het team van MinacNed.

Micro Nano Symposium:

Op 23 november wordt een Micro Nano Symposium georganiseerd rond de Groeifonds-aanvraag 2021. Het consortium van partners uit wetenschap en industrie dat verantwoordelijk is voor de aanvraag van het Groeifonds (Groeifonds 2021) zal de indiening van hun aanvraag, met name het focusthema Biomedische aanvragen onder het NXTGen High Tech-programma, vieren tijdens een evenement op dinsdag 23 november 2021.

From science to market: biomedical production technology
Biomedische productietechnologie houdt geen gelijke tred met innovaties in het biomedische domein. De (academische) kennis in Nederland is op zeer hoog niveau op het gebied van Lab-on-Chip, Organ-on-Chip, Kunstmatige Organen en Celproductietechnologie, maar wordt niet (goed) omgezet in producten. De belangrijkste reden hiervoor is dat een multidisciplinaire keten vereist is van leveranciers van hoogwaardige specifieke componenten op zowel technologisch als biologisch gebied. Hoewel de benodigde partijen in Nederland aanwezig zijn, sluiten hun productieapparatuur en processen nog niet op elkaar aan. Deze grote uitdagingen kunnen niet door een paar partijen worden opgelost, maar er is een grote samenwerking nodig om producten uit de bestaande ontwikkelde bouwstenen (bijv. sensoren, chips, biomaterialen) te kunnen ontwerpen en functioneel te kwalificeren om vervolgens te komen tot opschaling en de groeiende (wereldmarkt.

MinacNed, hDMT, MESA+ en Nano4Society organiseren een pre-event van de internationale MicroNano Conference 2022 om dit onderwerp aan de orde te stellen en zullen stappen presenteren die momenteel worden genomen om een ​​ecosysteem op te zetten met een unieke en eerste in zijn soort productieketen in de Nederland.

Het event wordt fysiek georganiseerd in Enschede, locatie The Gallery.

Lees meer en registreer direct

Koningin Maxima ‘opent’ supercomputer (credits: Vera Duivenvoorden)

14 biljard berekeningen per seconde maakt de nieuwe nationale supercomputer Snellius. Hierdoor zijn Nederlandse onderzoekers in staat nog meer wetenschappelijke uitdagingen het hoofd te bieden, bijvoorbeeld op het gebied van klimaatverandering of onderzoek naar corona. Koningin Máxima opende de supercomputer op het Amsterdam Science Park. De nieuwe supercomputer is voor 18 miljoen euro gefinancierd door het ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (via NWO) en voor 2 miljoen euro door SURF.

Nieuwe mogelijkheden voor onderzoekers

Tijdens de feestelijke opening sprak onder anderen klimaatwetenschapper Henk Dijkstra over de nieuwe mogelijkheden die Snellius zijn onderzoek biedt:

‘Hiermee kunnen we nieuwe vragen beantwoorden over wat er op dit moment gebeurt met het klimaat ten gevolge van de toename van broeikasgassen. We kunnen ook gedetailleerder verwachtingen maken voor het klimaat van de toekomst, met name het optreden van extremen zoals hittegolven en overvloedige neerslag. Je hebt een supercomputer nodig vanwege de omvang van de berekeningen en de hoeveelheid data die hiermee gemoeid zijn. Dit soort berekeningen zijn praktisch onuitvoerbaar op een laptop.’

NWO-voorzitter Marcel Levi beaamt dat:

‘Door de digitalisering van alle wetenschapsgebieden heeft elke wetenschapper behoefte aan rekencapaciteit. Laagdrempelige toegang tot rekencapaciteit is essentieel voor onderzoekers in Nederland om ook in de toekomst topwetenschap te blijven bedrijven.’

Een krachtige computer

Snellius is toegankelijk voor alle Nederlandse wetenschappers. De supercomputer wordt beheerd door SURF, de ICT-coöperatie van onderwijs en onderzoek, en staat op het Amsterdam Science Park. De computer zelf is gebouwd door Lenovo. Daarnaast was het een belangrijke vereiste dat de nieuwe supercomputer zo energiezuinig mogelijk zou zijn. Dankzij de waterkoelingstechnologie koelt het systeem efficiënter af en is er veel minder luchtkoeling met ventilatoren nodig. Het systeem wordt de komende jaren in fases opgebouwd en krijgt uiteindelijk een peak performance van 14 petaflop/s. Het is daarmee het krachtigste high-performance computing-systeem van Nederland. Door gebruik te maken van de nieuwste generatie GPU’s (graphics processing units) is de computer bovendien zeer goed bruikbaar voor machine learning.

Investeren in digitalisering

De manier waarop er met onderzoeksdata en -bronnen wordt gewerkt verandert sterk. Niet alleen de omvang, maar ook de complexiteit van datasets is fors toegenomen. Om mee te kunnen doen in het veranderende digitale landschap zijn er in het regeerakkoord Rutte III middelen ter beschikking gesteld voor de versterking van de ICT. Naar aanleiding hiervan heeft het ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap NWO verzocht om de voorziene investeringen nader uit te werken in een uitvoeringsplan. Hiervoor is een impulsfinanciering van 40 miljoen euro beschikbaar gesteld aan NWO. Deze financiering is bestemd om meer toegankelijke data, een betere digitale infrastructuur, krachtigere rekencapaciteit en meer opslagcapaciteit te bewerkstelligen, en maakt tevens de Snellius computer mogelijk.

Lees ook

Longread van CWI – over hoe CWI-onderzoekers al sinds de aanschaf van de eerste nationale supercomputer in 1984 hebben gerekend op deze krachtige machine: van het testen van beveiligingssleutels tot het simuleren van gas- en vloeistofstromingen en elektrische ontladingen. 

Het VIRAPOC-project betreft de ontwikkeling van een lab-on-a-chip detectieplatform dat gebruik maakt van verschillende sleuteltechnologieën (Nanotechnologie, Life Sciences technologie, semiconductor technologie en Fotonica) om virussen te kunnen detecteren. Het platform wordt een breed inzetbaar platform voor verschillende Point of Care (POC) toepassingen. Nauwkeurige virustesten moeten momenteel nog in een laboratorium uitgevoerd worden. Door de combinatie van kennis en competenties van de projectpartners (Micronit BV, NYtor BV, Holland Innovative BV, Elect BV en D’Andrea & Evers Design BV)  is het mogelijk om nauwkeurig, op een willekeurige locatie in een kort tijdsbestek (< 30 min.) uitslag te krijgen van een test. De detectie van het coronavirus (SAS-CoV-2) is het eerste virus dat men wil detecteren met het platform, na aantonen van het werkingsprincipe voor het coronavirus gaat men andere testen ontwikkelen voor bijv. Influenza, Vitamine D, etc.

De samenwerking is tot stand gekomen uit het Viralert initiatief, waarin MKB-bedrijven samen zijn gaan werken aan innovaties die te maken hebben met het Coronavirus. Het Viralert initiatief is ontstaan naar aanleiding van de hulpvraag van de Nederlandse overheid (Ministerie van Economische Zaken en Klimaat). Micronit BV heeft als kartrekker vervolgens Leap benaderd om mee te denken over de verschillende subsidiemogelijkheden en consortiumvorming voor de ontwikkeling van het virusdetectieplatform.

Vanuit het EFRO OP OOST subsidieproject is het bedrijf Salvitat BV ontstaan dat het detectieplatform (MYKEE) samen met de projectpartners ontwikkelt en uiteindelijk gaat produceren en vermarkten.

Bekijk de gehele case:

Bekijk de video waarin Herbert Torfs, Brigitte Bruijns en Laura Folkertsma meer vertellen over het VIRAPOC project en de totstandkoming van het consortium.